woensdag 27 januari 2010

Woensdag 27 januari 2010

Op de mail van 26 januari volgt nog een mailtje. Het blijkt dat de man van de woningcorporaties de Alliantie nu niet alleen de toezichthouder wil spreken, maar dat hij daarbij ook de aanwezigheid verlangt van een andere medewerkster van de woningcorporaties de Alliantie. Het gesprek zal moeten plaatsvinden in mijn huis. Het zal mij benieuwen of het nog van een ontmoeting komt. Zo veel de woningcorporaties de Alliantie mensen die op één tijdstip op één plaats moeten zijn. Zullen ze dat organisatorisch kunnen bolwerken?

dinsdag 26 januari 2010

Dinsdag 26 januari 2010

Een mail gekregen van dezelfde man van de woningcorporaties de Alliantie als degene die ik op 25 januari en bij andere gelegenheden sprak. Daarin opgenomen was een mailtje gericht aan de toezichthouder, waarin hij haar onder meer het verzoek doet om met hem een afspraak te maken.

maandag 25 januari 2010

Maandag 25 januari 2010

Weer een gesprek met woningcorporaties de Alliantie-vertegenwoordiger die ik eerder in de Villa en op een Planteam-bijeenkomst sprak. Na afloop van een bijeenkomst over de wijk lukt het mij om hem aan te schieten. Opnieuw krijg ik de verzekering dat hij zijn best doet, maar dat hij er maar niet in slaagt de toezichthouder te pakken te krijgen. Ik zeg hem dat er nu meer dan twaalf maanden verstreken zijn. De tijd begint nu echt te dringen, want vanaf 22 februari krijg ik gasten uit het buitenland. Al die klussen die zijn blijven liggen, zijn toch in één dag te klaren? En in een wat trager tempo moet het in twee dagen gebeurd zijn. Als woningcorporaties de Alliantie alles voor 10 februari in orde brengt, kan ik in tien dagen eindelijk doen wat ik twaalf maanden lang niet kon doen: schilderen, laminaat leggen en het huis inrichten. Gebeurt er voor 10 februari niets, dan zal ik kijken wat ik dan nog wél kan doen. Zijn reactie: bedreig je me nu? Ik zeg dat ik niemand bedreig en voeg eraan toe dat dit een oude truc is: als je je mond niet opentrekt, krijg je het verwijt dat je om die reden niets voor elkaar krijgt, en als je wel je mond opentrekt, vinden ze dat je dreigende taal uitslaat. Het is dus nooit goed.

Bedreigender vind ik de situatie waarmee ik nu al twaalf maanden kamp. Ik maak mijn oude voornemen om een open brief te versturen kenbaar. Wellicht kan zoiets een doorbraak forceren.

De woningcorporaties de Alliantie-man raadt me aan een brief te richten aan de directie van De woningcorporaties de Alliantie. Hij zou ervoor zorgen dat er een antwoord op komt. Ook al heb ik tal van dit soort beloftes gehoord, ik besluit toch maar weer mee te spelen. We zullen wel zien waar het schip strandt.

vrijdag 8 januari 2010

Vrijdag 8 januari 2010

Woningcorporaties de Alliantie-vertegenwoordiger die ik had ontmoet op een bijeenkomst van het Planteam, tref ik vandaag ook in de Villa aan, een gebouw waar wijkactiviteiten plaatsvinden. Hij zegt dat het om onverklaarbare redenen maar niet lukt om de toezichthouder van De Woningcorporaties de Alliantie te bereiken. Niet in persoon, niet per e-mail, niet per telefoon. Als zelfs mensen van Woningcorporaties de Alliantie onvindbaar voor elkaar blijven, dan moet het voor huurders helemaal een kluif zijn. Vind je ’t gek dat mijn problemen maar blijven doorzeuren?, vraag ik hem. En wat een heerlijke baan moet dat zijn. Je kunt meer dan een maand verdwijnen zonder dat het iemand opvalt. Als ik er niet was geweest, had de toezichthouder nog veel langer onopgemerkt kunnen blijven.